Bedragen x € 1.000 | Begroting 2024 | Begroting 2024 na wijziging | Realisatie 2024 | Verschil - incidenteel | Verschil - structureel |
---|---|---|---|---|---|
Lasten | -15.361 | -17.037 | -16.332 | 705 | 0 |
Baten | 13.398 | 14.711 | 14.588 | -123 | 0 |
Saldo | -1.962 | -2.326 | -1.744 | 582 | 0 |
Dotatie/beschikking reserves | 325 | 434 | 434 | 0 | 0 |
Saldo na bestemming | -1.637 | -1.892 | -1.310 | 582 | 0 |
Bij programma 8 Volksgezondheid en Milieu is een voordeel (voor bestemming) zichtbaar van € 582.000. Dit bestaat uit een voordeel aan de lastenkant van € 705.000 en een nadeel aan de batenkant van € 123.000. De belangrijkste over- en onderschrijdingen op de lasten en baten worden hieronder verklaard.
Onder Volksgezondheid staat een aantal deelbudgetten van de Specifieke uitkering versterking voor sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis 2023-2026 (de zogenaamde Brede SPUK). Deze zijn niet geheel besteed, wat toont in lagere lasten van afgerond € 105.000. Wat over is gebleven moet terugbetaald worden aan het rijk. De lagere last (voordeel) correspondeert met een lagere bate (nadeel).
De lasten riolering zijn € 145.000 lager uitgevallen dan begroot. Het budget voor riolering is gebaseerd op gemiddelde exploitatielasten. De onderschrijding van de lasten is veroorzaakt doordat er in 2024 geen sprake was van kosten voor relinen en beperkt sprake van onderzoekskosten.
De lasten afvalinzameling zijn € 94.000 hoger uitgevallen dan begroot. Dit komt door hogere lasten voor verwerking van het afval en voor takkenroutes.
De lasten én de baten van de tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid (CDOKE) zijn € 400.000 lager geraamd. De uitvoering van deze regeling loopt in Nederland minder snel dan gedacht. Reden waarom de uitvoeringsperiode door het rijk weer verlengd is (nu naar 31 december 2027).
Daarnaast is vergeten een budget van € 267.000 voor warmte- en energietransitie over te hevelen naar 2025, waardoor dit nu als voordelig saldo toont. Het betreft hier het restant van de rijksmiddelen voor warmte- en energietransitie (eind 2019 uitgekeerd) plus voor uitvoering klimaat- en energiebeleid (DU december 2022). Hiervoor zal een verzoek tot resultaatbestemming worden gedaan.